Koen Hueber en Lin Bartraij
Het is nog vroeg wanneer production designers Koen Hueber en Lin Bartraij het café in Amsterdam-Centrum binnenstappen. Op de bank ligt een zwarte huiskat. Het tweetal verdiept zich in maar liefst vier afstudeerprojecten, waaronder het familiedrama Niks Gebeurd en de poëtische vertelling the resurrection of a leaf. Ze vertellen op dromerige wijze, spreken dan weer vurig over hun werk. “Tijdens ieder ontwerpproces zit je in een kleine manie. Een soort cocon, afgesloten van de buitenwereld.”
Ze zitten in het tweede studiejaar wanneer Koen in een groepsapp van school vraagt wie hem Blow Up (Michelangelo Antonioni, 1966) wil uitlenen. Lin reageert. Vanaf dat moment ontwikkelt zich een band tussen beiden. Koen: “Gedurende een studiereis naar Rome bezochten we de Mussolini-wijk, waar L’Eclisse (1962) werd gedraaid. We raakten niet uitgepraat.” Lin: “Het gesprek over Antonioni’s oeuvre is nog altijd gaande.”
Was dit de eerste keer dat jullie werden geraakt door production design?
Koen: “Absoluut. Na Blow Up ben ik veel van zijn oudere werk gaan bekijken.” Lin: “Ik was al gefascineerd door Il deserto rosso (1964). Antonioni kadreert geweldig en de architectuur in zijn verhalen roept veel emoties op. Sterk production design zit voor mij niet per se in het ontwerp van het decor, maar meer in de keuzes die je als filmmaker laat zien, de toon. Vanuit daar vloeien gedetailleerde decors. Dat zie je ook terug in Antonioni’s films.”
Wat intrigeert jullie aan production design binnen de filmwereld?
Lin: “Ik heb het vakgebied pas ontdekt op mijn zesentwintigste. Eerder keek ik vooral naar schilderkunst en fotografie, niet zozeer film. Studenten van de Filmacademie maakten een muziekvideo voor mijn vriend. Daar kreeg ik veel (andere) ideeën voor vormgeving bij. Ik wilde iets esthetisch maken, iets creëren. In production design komen veel elementen samen.” Koen: “Als kind droomde ik ervan kok te worden. Ik experimenteerde thuis met ingrediënten. Bij aanvang van een ontwerpproject is dat precies wat Lin en ik doen: onszelf terugtrekken, los van mekaar associaties bedenken, en die samenvoegen. Uit ons gesprek ontstaat een ontwerp. De verschillende middelen om tot een beeld te komen, van fotografie tot tekeningen en alle vormen daartussenin, inspireren me enorm. Tijdens ieder ontwerpproces zit je in een kleine manie. Een soort cocon, afgesloten van de buitenwereld.”
Kunnen jullie uitweiden over de afstudeerprojecten waarvoor jullie het production design hebben gedaan?
Lin: “Niks Gebeurd (familiedrama, Edward de Jong en Jop Leuven) gaat over seksueel misbruik binnen een familie, het betreft een vrij burgerlijke setting in de hedendaagse tijd. De regisseur vond het prettig alles te beredeneren, elk detail had een verklaring nodig.” Koen: “the resurrection of a leaf (poëtische vertelling, Lemuël de Graav) over de dood en de betekenis van nabestaanden, is meer toongedreven. We hebben geprobeerd er sobere schoonheid in te verwerken, wilden geen logische verklaring van de wereld neerzetten. Een beetje zoals je ook terugziet in Antonioni’s films.”
Hoe zijn jullie vervolgens te werk gegaan?
Koen: “We zijn de projecten verschillend aangevlogen. Het familiedrama begint met een intuïtieve associatie vanuit de architectuur. De stijl stoelt op de eerste modernistische bouwkunde in Nederland uit 1920. Na uitgebreide research kwam het tot een stijldossier; onze plattegronden berusten op beweging, open ruimtes, scheidingswanden en doorkijkjes. We gingen op locatiezoektocht door heel Nederland en vonden een geschikte woning. Onze signatuur hebben we laten terugkomen in het karkas en het interieur.” Lin: “De rechtlijnigheid van het huis past bij de man des huizes. De kilheid van het gebouw sluit aan op zijn personage. Het contrast zie je in zijn vrouw. Zij rent veel rond, decoreert haar interieur op troeperige wijze. We hebben geprobeerd de overdaad aan spulletjes als een bedekking van zijn rechtlijnigheid te laten overkomen.”
Hiertegenover staat de poëtische vertelling in de setting van een bos.
Lin: “Bij Lemuëls film ligt een grote focus op het kostuumontwerp. Studenten van de Modevakschool hebben ons geholpen met het realiseren van matrozenkostuums. We zochten hierbij naar een sober surrealisme. Omdat we naast het production design ook de kostuums ontwierpen, hadden we nog meer controle over het ontwerp van de film. Hierdoor konden we gestileerde keuzes maken met het oog op het materiaalgebruik. We kozen voor metaal, hout en linnen.” Koen: “Wat doet het eigenlijk wanneer je een matrozenkostuum in het bos plaatst? Je zet twee aspecten tegenover elkaar waardoor je als kijker met een bepaalde blik de film ingaat. In het spel en in het scenario zie je hedendaagse gesprekken terug, die niet poëtisch aanvoelen. Dit hebben we teruggebracht in de toon van de film, zodat deze twee aspecten met elkaar in gesprek gaan.”
Afgelopen jaar hebben jullie meegelopen met production designer Elsje de Bruijn, die meewerkte aan films zoals Boven Is Het Stil, Cobain en Kom hier dat ik u kus. Leg uit!
Koen: “We assisteerden haar bij de korte film Spin-Off, een samenwerking tussen een Nederlandse regisseur en een pornoactrice uit Londen. Het werd een erotisch drama, waarvoor Elsje twee sets heeft ontworpen. Wij gingen mee voor de opbouw en het aankleden van de set, werkten een week samen. Fijn aan Elsje is dat ze hardop denkt tijdens het werkproces.” Lin: “Naderhand heeft ze ons een bericht gestuurd met de vraag of we na de zomer met haar wilden werken. Dat kwam goed uit aangezien we beiden nog een stage moeten lopen en we haar erg inspirerend vinden. We starten half juli.”
Binnenkort reizen jullie ook af naar Zuid-Frankrijk voor een heel speciaal project.
Koen: “Dat klopt. We mogen het oude atelier van de Haagse production designer en artdirector Ben van Os helpen archiveren. Het bevindt zich in een vochtige wijnkelder.” Hoe deze uitdaging op hun pad komt? Eens in de twee jaar wordt de Ouborg Prijs toegekend aan een Haagse kunstenaar met een oeuvre dat (inter)nationaal van grote betekenis is. Nadat Ben van Os de prijs won, maakte het Gemeentemuseum een catalogus van zijn werk. Koen: “Ik was op zoek naar het boekje en kwam in contact met zijn zoon. Hij heeft ons gevraagd om zijn familie te assisteren. Een paar maanden geleden dacht ik: het lijkt me super om onze schoolperiode hiermee af te sluiten. Natuurlijk zijn we een beetje gespannen, want het is écht een grote eer.”
Interview door: Gina Miroula