Judith Boeschoten
Judith liep stage als camera- en lichtassistent van Guido van Gennep bij Love in a Bottle (Paula van der Oest, 2021).
Wat was de grootste verrassing van de afgelopen vier jaar?
Dat ik een kant van mezelf ontdekte die pas na 26 levensjaren naar boven kwam. Ik wist al langer dat ik graag anderen hielp hun verhaal te vertellen, dat ik graag vragen stelde en iemand wilde ondersteunen in zijn of haar denkproces. Dat is iets dat je als cinematograaf in samenwerking met een regisseur veel doet. Wat ik als timide 26-jarige niet van mezelf wist, was dat ik heel erg veel plezier haal en gevoel bleek te hebben voor het motiveren en leidinggeven - in een cameracrew, maar ook daarbuiten. Ik werd dan ook voorzitter van de academieraad en haalde veel energie uit het opkomen voor studentenrechten en -welzijn.
Op welk project ben je het meest trots?
Ik blijf het nog altijd moeilijk vinden om een mening te hebben over mijn eigen werk. Ik zie mijn camerawerk altijd als de manier waarop ik die situatie gezien en ervaren heb en niet als een bepaalde prestatie. Als het een verdrietige film is, dan heb ik de situatie met verdriet ervaren door mijn viewfinder en als personages plezier hebben, dan ervaar ik dat plezier met hen mee als empathische toeschouwer door de camera. Ik ben trots op elk project waar het gelukt is om het personage, de regisseur en de kijker zich gehoord te laten voelen in een bepaalde emotie die ze herkennen in zichzelf. Dat ik dat mag en kan vangen met mijn camera en daarmee het verhaal mag helpen vertellen van zowel auteur als toeschouwer, daar ben ik trots op.
Welke wijze woorden hebben het meest indruk gemaakt?
Mijn studieleider Mick van Rossum zei eens toen ik zei dat ik eigenlijk niet zo goed wist wat ik aan het doen was, dat ik mijn intuitie wel mocht vertrouwen. Dat veroorzaakte een grote verandering in mijn benadering van camerawerk. Met mijn achtergrond als Filmwetenschapper door mijn Bachelor en Master Film aan de UvA, overdacht ik mijn keuzes altijd veel. Dan merk je dat je soms ideeen kunt hebben over hoe een bepaalde cameravoering overkomt, maar dat het zelden zo werkt, als je van te voren kunt bedenken. Vanaf dat moment liet ik dat meer los en ben ik andersom gaan redeneren. Ik probeer nu op mijn gevoel af te gaan en probeer die intuitie te onderbouwen met argumenten, waarom ik denk dat dat het verhaal het best overbrengt.
Wat is het leukste aan jouw vakgebied?
Dat je het harde werk van zo ontzettend veel verschillende mensen bij elkaar mag brengen in een beeld. Als je daar een sterk en vertellend beeld van kunt maken, laat je zien dat iedereen goed werk geleverd heeft en geef je daarmee zoveel mensen een goed gevoel over zichzelf en elkaar.
Waar haal je inspiratie uit?
Uit gesprekken met de regisseur en andere mensen. Als ik genoeg door kan vragen om iemands verhaal echt goed te begrijpen, dan helpt mij dat om me in te leven en te visualiseren hoe dat er uit zou moeten zien.
Wat is het eerste dat je gaat doen na je afstuderen?
Veel nieuwe mensen ontmoeten en veel praten om mooie verhalen te vinden die ik zou kunnen vastleggen.
Wat zijn je toekomstplannen?
Ik denk dat ik werk in een gebied dat zich niet makkelijk laat plannen, maar ik denk dat als ik op deze manier zo gepassioneerd bezig blijf met verhalen draaien die ik belangrijk vind om te vertellen, dat er hopelijk mooie projecten als DOP op mijn pad zullen komen. Ik vind alle type films, fictie en documentaire bijzonder en leuk om te maken, juist ook als dingen niet binnen je normale focusgebieden liggen, daar leer je het meest van. Daarnaast heb ik een grote liefde voor het ondergewaardeerde genre horror en lijkt het me ontzettend mooi om Nederland op de kaart te kunnen zetten met psychologische horror van hoge kwaliteit. Hopelijk kan dat de interesse in horror in Nederland weer vergroten, door te laten zien dat horror niet alleen maar dient om een kijker bang te maken, maar dat het juist een prachtige vorm is om een mooi verhaal te vertellen over onderliggende thema’s of angsten binnen een samenleving. Zeker in tijden van crisis - zoals nu met Corona - kan horror een fijne uitlaatklep zijn die mensen binnen een veilige omgeving om leert gaan met hun angsten.